Het was maandagochtend, en het regende hard in het Dijkgatsbos. De vakantiespelen werden vandaag de waterspelen. We hadden er inmiddels twee korte nachten opzitten, en na het ontbijt besloten Naomi en ik gelijk maar naar het dorp te gaan om de boodschappen in te slaan. Om nou in de stromende regen op de bussen te gaan wachten, daar zagen we de lol niet zo van in. Lenny zou het ford bewaken, en de busouders voorzien van koffie en thee.

We sprongen de bus in, en bevonden ons even later in de Lidl. Nog wat onwenning zochten we de winkel door naar alle spullen die we nodig hadden. Omdat we zo vroeg waren, was het personeel nog bezig de schappen te vullen, en konden we bijvoorbeeld nog niet bij de bananen. Even later stonden we bij de hamburgers, waar er ook te kort van lagen. Dus wij vragen het personeel: Heeft u nog hamburgers achter staan?

Ja hoor, dat hadden ze wel. Nou, mooi, we zijn met 54 personen, waarvan 4 vegetarisch, dus we hebben er 50 nodig. Dus, zo zeiden wij tegen het meiske, doet u er maar 50. Ze kwam terug met de volledige voorraad voor die dag: 48 stuks. Oh, ok, dan halen we wel even 2 andere burgers bij de Deen ofzo. Toen mevrouw Bestellingen er achter kwam dat we de hele voorraad hadden opgekocht, kregen we nog even op ons hart gedrukt dat we voortaan wel even moesten bestellen. Want nu kon er dus niemand meer hamburgers kopen.

De KVS duurt nog 2 weken lang, jammer dan, jammer dan! zongen wij in koor.

Wij vervolgden onze weg, en drie afgeladen boodschappenkarren later, stonden we bij de kassa. De boel werd in kratten gestopt, en achterin de bus geladen, en hops, weg waren we. Aan het begin van de Oom Keesweg kwamen we er achter dat we het brood waren vergeten. Een vette U-turn, en tien minuten later stonden we het brood in te laden bij de bakker. Ruim op tijd waren we terug.

De hamburgers gingen de koelkast in, en de rommel werd opgeruimd.

Diezelfde middag werden de hamburgers er weer uitgehaald, om ze vast te bakken, en daarna warm te houden in de oven. Ineens begon het kwartje te vallen. Wij waren er vanuit gegaan dat de mevrouw 48 hamburgers bedoelde, maar, bedoelde ze niet stiekem 48 bakjes? En ja hoor, bij natellen bleek dat we 48 bakjes hamburgers mee hadden gekregen, en dat in elk bakje 4 hamburgers zaten. In plaats van de beoogde 50 hamburgers, hadden we er dus plotseling 192.

Oeps.

Deze telfout drukte natuurlijk ook behoorlijk op het budget, en op het moment van deze ontdekking wisten we eigenlijk niet eens of die hamburgers wel zo prima te eten zouden zijn. Gelukkig bleek dit erg mee te vallen, en vielen ze behoorlijk in de smaak. Er werd zelfs een tweede hamburger opgekocht voor een kratje bier.

De oplossing werd dus drie keer hamburgers eten deze week. Geen probleem, want als je de boel even door de keuken machine gooit, flink vermalen, dan kun je het ook gebruiken als een soort gehakt, voor door de saus. En aan het eind van de week werd er toch ge-bbq-ed, dus had het restant ook een bestemming.

Dat was dus het verhaal van Nomes, Roland en de hamburgers. Lenny, doorgaans de scherpste van het keuken trio, viel natuurlijk niets te verwijten.

Ze leefden allen nog lang en gelukkig, of in elk geval de komende week.