Koffie met thee is minder lekker

Poging tot inbraak?

Het was afgelopen maandag dat ik wegens omstandigheden in mijn bed moest verblijven, in de middag. Vervelend, maar dat heb je soms.

Opeens hoorde ik luid gebonk op de deur. En iemand roepen “Is daar iemand!”, ook vrij luid.

Ik begon te twijfelen. Wel vaker heb ik dromen, waar ik plotseling uit ontwaak, maar die dan nog even door werken. Dan droom ik met mijn ogen open, en gebeuren er de vreemste dingen, die levensecht lijken. Pas na wat geschreeuw en stennis schopperij kom ik er dan achter dat ik allang ben terug gekeerd in de echte wereld.

Soms denk ik er eerst zelf een tijdje over na, als ik dat nu meemaak. Probeer ik eerst te analyseren of het die stennis wel waard is. Meestal vind ik alsnog dat ik moet schreeuwen en stennis schoppen, zo echt is mijn verbeelding.

Dit is wel een gekke situatie Roland, denk je werkelijk dat er een groot gat in je muur zit? Of denk je werkelijk dat de dekens in de fik staan? Soms zorgen die avonturen ook voor paniek: denk je werkelijk dat je vriendin zo stil ligt omdat ze gestikt is?

Dikwijls wordt Mijke dan ruw verstoord in haar slaap, omdat ik haar toch even moet redden. Om er dan achter te komen dat het allemaal maar een droom was. Je was niet gestikt? Oh. Sorry. Ga maar weer slapen.

Vol schaamte druip ik af en hervat ik mijn slaap weer, om vervolgens de volgende dag het hele voorval glad te zijn vergeten.

Bij dit gebonk op de deur probeerde ik er dus eerst voor mezelf achter te komen of dit nu werkelijkheid was of niet. Gewoon negeren, morgen word je wakker en weet je er niks meer van.

Maar het was werkelijkheid. Dus ging ik checken welke idioot er bij de deur stond. Een kleine man, met grote buik en witte baard, leunde op zijn wandelstok. Het had wel een zeerover te zijn.

Weer begon ik te twijfelen. Daar stond ik dan in joggingbroek, midden op de dag, een zeerover aan te staren die zojuist op mijn deur had gebonkt. Zouden zeerovers tegenwoordig zo slecht verdienen dat ze hun werkterrein maar verplaatsen naar het land?

“Heb jij hier een jongen zien lopen?” vroeg hij me. Deze vraag maakte het allemaal niet erg geloofwaardiger. Even wilde ik gewoon de deur weer dichtdoen en terug naar bed gaan, doen alsof er niks gebeurd was. Even dacht ik dat ik mijn verbeelding net op tijd door had, pha, je wil me weer voor schut zetten huh? Dat ik straks ineens besef dat er helemaal niemand aan de deur staat. Nou, dit keer trap ik er niet in!

“Er is hier een jongen over het balkon gekomen”. Aha, en bezorgde buurman. Toch geen droom dan. Denk ik. Ik had in elk geval niks gezien, want ik was op mijn slaapkamer.

Even het balkon op dan maar, om te kijken. En inderdaad, bij mijn linkerburen was er een jongen. We keken elkaar aan. Ik probeerde te beslissen wat ik moest doen. Laat maar zitten, het is mijn zaak niet, of toch even informeren?

Ik koos voor het laatste. Hij antwoordde dat hij inderdaad omhoog was geklommen, over de balkonnen van mij en mijn rechterburen was gelopen, en nu hier op zijn zus wilde wachten. Die woonde hier.

Oh. Okay. Het zal wel. Doei.

Terwijl ik naar binnen ging en de balkondeur achter mij sloot, vond ik de situatie nog steeds erg vreemd. Op je zus wachten doe je toch niet via het balkon van anderen? Vreemd.

Zou die zeerover nog steeds buiten staan? Ik deed de voordeur open om te kijken. De zeerover was weg. Een andere man kwam naar boven lopen, ook met baard, maar nu een tenger mannetje. “Heb jij hier een jongen zien lopen?”. Nouja! Precies dezelfde vraag! Is het soms een complot? Bananesplit misschien?

Eh, nou, die zit hiernaast op het balkon, antwoordde ik. De man was van de overkant, van de galerie. Hij ging terug naar beneden om de politie te halen die hij al had gebeld. De politie stond nog te wachten, namelijk.

Voor ik het wist stond ik in mijn joggingbroek, midden op de dag, met twee politieagenten en een galerie houder in mijn huis. De situatie werd maar gekker en gekker.

De politie ging naar de jongen toe, zoals polities dat doen. “Zo meneer, wat zijn wij aan het doen?”. Waarom zeggen ze altijd wij, terwijl er maar één persoon staat?

Ik wist het allemaal niet meer, en ging maar binnen zitten wachten. Het liefst wilde ik dat de jongen mij niet zou aanzien voor politie beller. Wie weet wat voor represailles dat zou opleveren. En bovendien: wat kan mij het schelen als die jongen bij de buren op het balkon zit? Tijdens ons korte gesprekje had hij me verzekerd dat hij verder niets zou doen hoor.

Maarja, mijn oplettende buren hadden de politie meteen ingeschakeld, en die stond nu met de broer van mijn buurvrouw te kletsen. De politie schreef z’n gegevens op, en nam de jongen mee, terug naar buiten, van het balkon af.

Ze schreven ook mijn gegevens op en gingen weer. Geen enkele nabehandeling voor het slachtoffer, ik, in dit geval.

Ik sloot de voordeur, en het leek alsof er nooit iets gebeurd was. Het leek of ik alles gedroomd had.

Maar het was echt. Het was echt en bizar.

Maar wel fijn dat ik zulke oplettende buren heb.

2 Comments

  1. Marco

    Hahaha mooi verhaal, leuk beschreven ook. Heb je nog wat gehoord van of het nu inderdaad een inbreker was of niet?

    Mooi log trouwens ook. Blijft leuk dat WIP, kom je nog eens wat nieuws tegen!

  2. Rolandow

    @Marco: Thanks! :-). Nee, niks meer gehoord over de hele zaak. En al onze spullen zijn er ook nog steeds…

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

© 2024 Rolandow.COM

Theme by Anders NorenUp ↑